De Stentor, 13 september 2007, door Herre Stegenga
EMMELOORD - De vraag óf er een kerncentrale moet bijkomen in Nederland, is nog niet aan de orde.
Wel laat het ministerie van Economische Zaken een milieuonderzoek los op de vijf locaties die hiervoor in aanmerking komen. Daar hoort de Westelijke Noordoostpolder (Rotterdamse Hoek) ook bij, samen met Borsele, Eems, de Maasvlakte en Moerdijk. Op deze plekken ligt een claim; er mogen geen ontwikkelingen plaatsvinden die de bouw van een kerncentrale in de wielen rijden.
Het ministerie zoekt uit of deze vijf locaties nog langer nodig zijn. En daar hoort een Milieu Effect Rapportage (MER).
Op basis hiervan vallen mogelijk één of meerdere plekken af. Van een discussie over de noodzaak van een kerncentrale is nog geen sprake. Het kabinet heeft geen concrete plannen, aldus het ministerie. Ook worden geen nieuwe locaties gezocht.
Alle vijf gemeenten hebben de opzet van de MER onder ogen gekregen en mochten commentaar geven. Noordoostpolder gaat akkoord, maar heeft wel enkele aanvullende opmerkingen geplaatst. Zo mag een calamiteit binnen de kerncentrale niet tot een dijkdoorbraak leiden. Er mag zelfs niet een verhoogd risico zijn.
Ook moet er aandacht blijven voor de cultuurhistorie van deNoordoostpolder en het landschap in het algemeen. Niet alleen tijdens de bouw, maar ook als de kerncentrale er staat. Kortom, de centrale mag niet vloeken met de omgeving.
De MER besteedt onder meer aandacht aan een veilige bedrijfsvoering, de volksgezondheid en natuur en landschap.